Er was eens, in een magische tuin, een broer en zus genaamd Onne en Zeker. De tuin stond vol met prachtige bloemen, hoge bomen en tjilpende vogels. De zon scheen en een licht briesje waaide door de tuin.
Onne speelde graag met zijn speelgoed, maar hij deelde het niet graag met anderen. Hij speelde vaak alleen en vond het niet leuk als anderen mee wilden doen. Zeker, aan de andere kant, hield ervan om haar speelgoed met anderen te delen. Ze nodigde haar vrienden vaak uit om met haar en haar speelgoed te spelen.
Op een dag, terwijl Onne met zijn favoriete speelgoedauto aan het spelen was, zag hij een groep kinderen samen spelen. Hij wilde zich bij hen aansluiten, maar hij wilde zijn speelgoedauto niet delen. Hij hield het voor zichzelf en zat in de hoek, zich verdrietig en eenzaam voelend.
Zeker zag haar broer alleen zitten en ging naar hem toe. “Wat is er aan de hand, Onne?” vroeg ze.
“Ik wil met de andere kinderen spelen, maar ik wil mijn speelgoedauto niet delen”, antwoordde Onne.
Zeker glimlachte en zei: “Ik begrijp hoe je je voelt, Onne. Maar delen is belangrijk en het kan je ook gelukkig maken. Laten we de vijf transformaties gebruiken om je beter te voelen.”
Onne keek naar zijn zus en vroeg zich af wat de vijf transformaties waren. Zeker legde ze hem uit en ze begonnen ze te gebruiken.
Ten eerste negeerde Onne de stem van onzekerheid die hem vertelde zijn speelgoedauto niet te delen. Ten tweede gebruikte hij het als amusement en inspiratie, zich realiserend dat delen hem ook gelukkig kon maken. Ten derde luisterde hij naar de stem van de beveiliging en besloot hij zijn speelgoedauto te delen met de andere kinderen.
Toen hij zijn speelgoedauto aan de andere kinderen overhandigde, voelde hij een gevoel van geluk en vreugde. De andere kinderen bedankten hem en ze begonnen allemaal samen te spelen. Onne had zoveel plezier en hij besefte dat delen toch niet zo erg was.
Vanaf die dag begon Onne zijn speelgoed met anderen te delen en maakte hij veel nieuwe vrienden. Hij leerde dat delen niet alleen goed was voor anderen, maar ook goed voor zichzelf.
Terwijl de zon onderging in de magische tuin, gingen Onne en Zeker slapen. Onne fluisterde tegen zijn zus: “Dank je, Zeker. Ik had zoveel plezier vandaag. Ik ben blij dat ik heb geleerd hoe ik moet delen.”
Zeker glimlachte en antwoordde: “Ik ben blij dat je plezier hebt gehad, Onne. Delen is zorgzaam en het kan de wereld een betere plek maken.”
En daarmee sloten ze allebei hun ogen en vielen ze in slaap, dromend van al het plezier dat ze zouden hebben in de magische tuin van het delen.
Het einde.